Auteursarchief: leeskees

De staljongen van Auschwitz – Henry Oster & Dexter Ford

Flaptekst
Heinz Oster was pas vijf jaar oud toen Adolf Hitler in 1933 aan de macht kwam. Als een van de 2.011 joden die in Keulen in 1941 door de Gestapo werden opgepakt, werd ook hij gedeporteerd. De twaalfjarige jongen werd vervolgens van kamp naar kamp gestuurd. In Auschwitz ontsnapte hij aan de gaskamer omdat de paardenfokkerij staljongens nodig had. Hij hield zich wanhopig vast aan de overtuiging dat als hij zich onmisbaar zou maken, hij een grotere kans zou hebben om deze hel te overleven.

Heinz was een van de weinige Keulse Joden die na de oorlog de kampen levend verliet. Na de oorlog emigreerde hij naar Amerika en veranderde zijn naam in Henry. Dit is zijn verhaal.

Recensie
Journalist Dexter Ford is een van de klanten van optometrist Henry Oster en terwijl hij zich op een dag nieuwe contactlenzen liet aanmeten, zag hij dat op de linkeronderarm van laatstgenoemde een slordige en inmiddels verbleekte tatoeage is aangebracht: B7648. Hij vroeg hoe hij daaraan kwam, waarna de paramedicus hem vervolgens vertelde wat de reden van deze inscriptie was. Dit verhaal is te lezen in het in 2023 uitgebrachte boek De staljongen van Auschwitz.

De biografie begint in 1933, Heinz Adolf Oster is dan vijf jaar oud, en Adolf Hitler komt aan de macht. Aanvankelijk lijkt er, ondanks diverse dreigende situaties, nog niet veel aan de hand te zijn, maar aan het eind van 1941 – de oorlog is dan al een tijd bezig – worden hij en zijn moeder tegelijk met iets meer dan tweeduizend andere joden door de Gestapo opgepakt en gedeporteerd. Uiteindelijk komt Oster, hij wordt gescheiden van zijn moeder, in Auschwitz terecht waar hij als staljongen tewerkgesteld wordt. In dit concentratiekamp wordt hij geconfronteerd met de meest schrikbarende taferelen en moet hij onder erbarmelijke omstandigheden zien te overleven.

Het verhaal van Oster verloopt zo goed als chronologisch en geeft een helder en duidelijk beeld van hoe het voor joden ruim voor, tijdens, maar ook na de oorlog is geweest. Natuurlijk gaat het in dit geval vooral om zijn persoonlijke ervaringen, maar die zullen voor anderen over het algemeen niet veel anders zijn geweest. Uit zijn relaas komt bijzonder goed naar voren hoe verschrikkelijk het allemaal was en hoe meedogenloos de Duitsers, met name de nazi’s en de SS’ers, waren. Soms rijzen je de haren te berge als je leest over hun onmenselijke (wan)daden. Dit geldt niet alleen voor die in de diverse kampen, maar ook die in het Poolse getto, waar Oster en zijn ouders verplicht moesten wonen.

Natuurlijk zijn er al veel verhalen over de Tweede Wereldoorlog geschreven en gepubliceerd en als je die leest, merk je dat ze toch van elkaar verschillen, ondanks het overkoepelende thema. Net zoals talloze anderen hebben gedaan, vertelt Oster zijn herinneringen vanuit zijn eigen perspectief en dat is natuurlijk volkomen terecht en vanzelfsprekend. Zijn relaas is daarom honderd procent persoonlijk en daardoor is het in feite een ooggetuigenverslag, en zonder meer eentje die indruk maakt. Het is knap dat hij alle details uit zijn vroege jeugd nog feilloos naar voren kan brengen. Hierdoor krijg je een globale indruk hoe hij als jongetje was en hoe hij toen tegen diverse dingen aankeek.

Uit het relaas blijkt eveneens dat Oster diverse keren erg veel geluk heeft gehad, want hij heeft de Duitse geboden regelmatig overschreden en daardoor risico’s genomen. Als hij gesnapt was, had hij niets kunnen navertellen, dus wellicht waakte er een beschermengel over hem. Tijdens het lezen leef je in ieder geval continu met hem mee, ondanks dat je eigenlijk wel weet dat hij het gered heeft.  Waar je dan benieuwd naar bent, is hoe hij het ervan af zal brengen. Dit levert allerlei aangrijpende en heftige momenten op en soms is er zelfs sprake van wat spanning. Het gevoel dat hij heeft gehad, komt zonder meer goed over en daarvan kun je je alles voorstellen.

De staljongen van Auschwitz is al met al een indringend, persoonlijk en boeiend verhaal van een van de weinige Keulse joden die de concentratiekampen levend heeft kunnen verlaten. Het is tevens een geschiedenis die niet vergeten mag worden, hierover heeft Oster het zelf ook nog, opdat herhaling uitblijft.

Waardering: 4/5

Boekinformatie
Auteur: Henry Oster & Dexter Ford
Titel: De staljongen van Auschwitz

ISBN: 9789026166730
Pagina’s: 272

Eerste uitgave: 2023

De poppenmeester – Sam Holland

Flaptekst
Op een schijnbaar doodgewone maandagochtend komt een man onder de wielen van een locomotief terecht. Het lijkt een duidelijk geval van zelfmoord. Inspecteur Cara Elliot wordt naar de plaats delict geroepen en zet haar vraagtekens bij het sterfgeval. Ze haalt haar broer, ex-rechercheur Nate Griffin, over om te helpen, maar hij heeft zijn eigen problemen.

Dan volgen er meer opmerkelijke sterfgevallen: een schizofrene man, een vrouw die haar dementerende moeder verzorgt en een slachtoffer van verkrachting. Heeft iemand ze de dood ingejaagd? En wat hebben ze met elkaar gemeen? Kunnen ze de waarheid achterhalen voordat er meer slachtoffers vallen?

Recensie
Het verschijnen van De echoman (2022), het thrillerdebuut van Sam Holland, legde haar geen windeieren, want zowel dit boek als de opvolgers waren stuk voor stuk succesvol. Haar werk wordt in vijftien landen uitgebracht en in Nederland heeft ze zowel de Bronzen als Zilveren Vleermuis gewonnen. In augustus 2024 publiceerde ze haar derde thriller De poppenmeester, waarin een aantal oude bekenden opnieuw hun opwachting maakt, maar goed afzonderlijk van de voorgaande gelezen kan worden.

In de vroege ochtendspits komt een man op het spoor terecht en belandt onder de wielen van een goederentrein. Alles wijst erop dat hij zelfmoord heeft gepleegd, maar inspecteur Cara Elliott, die erbij wordt geroepen, heeft haar bedenkingen. Ze besluit de ware toedracht van deze dood te onderzoeken en roept daarvoor de hulp in van haar broer Nate Griffin, die het werk bij de recherche eigenlijk achter zich heeft gelaten. De zaak neemt een andere wending aan als Cara en haar team geconfronteerd worden met diverse andere opvallende sterfgevallen. De vraag is of ze de ware toedracht daarvan kunnen achterhalen.

Het eerste hoofdstuk liegt er niet om, want meteen is het raak en weet de auteur de lezer aan het verhaal te binden. Een verschrikkelijk voorval beschrijft ze alsof je er zelf bij aanwezig bent, enkele gruwelijkheden worden gedetailleerd beschreven en het gevoel van de personages komt realistisch en conform de werkelijkheid over. Waar het dan natuurlijk ook om gaat, is dat je nieuwsgierigheid gewekt wordt, want je wilt te weten komen hoe een en ander zal aflopen. Vanzelfsprekend blijft het hier niet bij, want in het vervolg van de plot komen meer vergelijkbare omstandigheden en gemoedstoestanden voor. Toch is het niet alleen maar huiveringwekkend of afschuwelijk en ligt de nadruk evenmin op alleen het politiewerk. Holland besteedt namelijk behoorlijk wat aandacht aan de privéperikelen van een aantal individuen. Niet per se noodzakelijk voor de gebeurtenissen, maar wel interessant om hen goed of beter te leren kennen.

In dit derde deel van de Major Crimeserie keert een aantal bekende personages terug en wordt zo nu en dan verwezen naar De echoman, Hollands debuut, maar hoewel het op zich geen probleem is dit boek afzonderlijk van de andere te lezen, is dit wel aan te raden. Want alleen daardoor kom je te weten waarom enkele rechercheurs hun eigen moeilijkheden hebben. Deze besognes zijn er echter wel de oorzaak van dat het er deze keer een stuk minder spannend aan toegaat dan in de twee voorgaande boeken. Dit is niet bezwaarlijk, want er gebeurt desondanks meer dan voldoende en er zijn hoe dan ook talloze plotwendingen die ervoor zorgen dat je je geen moment hoeft te vervelen. Spanning is er zo nu en dan, met name in de slotfase, maar het is allemaal net iets bedaarder.

Hoewel het verhaal vanuit verschillende perspectieven belicht wordt, gaat de meeste aandacht uit naar Cara Elliott en Nate Griffin en derhalve kom je tamelijk veel over hen te weten. Zonder enige twijfel boeiend, want beiden zijn intrigerende personen die – het kan eigenlijk niet anders – een verleden hebben waar ze nu nog mee te kampen hebben. De thriller heeft verder een goede en tevens gedegen opbouw en de auteur werkt naar een climax toe die de lezer aan het boek gekluisterd laat en eveneens tamelijk onverwacht is. In een soepele en beeldende schrijfstijl loods Holland je naar een ontknoping toe waarin alle losse eindjes aan elkaar geknoopt worden, maar die tevens de deur op een kier zet voor een vervolg. De poppenmeester is over het geheel genomen minder intens dan de voorgaande twee delen, maar zonder meer de moeite van het lezen waard.  

Waardering: 4/5

Boekinformatie
Auteur: Sam Hoilland
Titel: De poppenmeester
ISBN: 9789402715347
Pagina’s: 400

Eerste uitgave: 2024

De jongen die de vuurvliegjes volgde – Aisha Hassan

Flaptekst
Toen Lalloo nog maar zes jaar was werd zijn broer vermoord, voor de kleine hut van zijn familie, aan de rand van Lahore. Zijn ouders wonen daar nog steeds en zwoegen dag in dag uit in de steenfabriek om hun schulden af te betalen.

Lalloo werkt nu voor een welgestelde familie in de stad en samen met zijn trouwe vriend Salman maakt hij een plan om zijn ouders van hun schulden en het loodzware werk te bevrijden. Maar het redden van zijn familie vraagt om enorme offers, en dan ontmoet hij ook nog eens zijn jeugdvriendin Fatima, voor wie hij nog steeds gevoelens koestert…

Recensie
Hoewel Aisha Hassan al geruime tijd in Londen werkt en woont, groeide ze op in de Pakistaanse stad Lahore. Een bezoek aan een steenbakkerij en een krantenartikel over de moord op de zoon van een steenbakker bracht haar op het idee van haar in 2025 verschenen debuut De jongen die de vuurvliegjes volgde, maar het duurde nog lange tijd voordat ze met het schrijven ervan begon. Inmiddels is de op een waargebeurd verhaal gebaseerde roman een wereldwijd succes geworden en stond het op de long- en shortlists van enkele prijzen.

Toen Lalloo nog maar zes jaar was, werd zijn oudere broer vlak voor hun armoedige huisje vermoord. Zijn familie woont en werkt nog steeds in de bhatti om een oude schuld af te betalen. Zelf werkt hij in Lahore als chauffeur voor een rijke familie en om ervoor te zorgen dat zijn familie niet meer in de steenbakkerij hoeft te werken, probeert hij aan geld te komen om de volledige schuld af te lossen. Dit gaat echter minder voorspoedig dan hij had gedacht en daardoor raakt hij in grote problemen.

Ze overleven iedere dag op deze afschuwelijke plek.’ Deze zin in het eerste hoofdstuk laat zien dat veel inwoners van Pakistan, een land waarover in de westerse wereld eigenlijk niet zo heel erg veel bekend is, een moeilijk en zwaar bestaan leiden. De lezer krijgt meteen een indruk van de barre omstandigheden waaronder zij moeten leven en ondanks dat het verhaal voornamelijk fictief is, bevat het wel degelijk een kern van waarheid. Het korte nawoord van de auteur en de enige foto die het boek rijk is tonen dit onomwonden aan, maar ook de bijzonder beeldende schrijfstijl van de auteur zorgt ervoor hun situatie op je netvlies gebrand staat.

Omdat het verhaal en derhalve de vele voorvallen en gebeurtenissen volledig worden verteld vanuit het perspectief van Lalloo leer je hem behoorlijk goed kennen. Door middel van diverse terugblikken kom je ruim voldoende over zijn verleden (voor zover je daar natuurlijk over kunt spreken, want hij is immers nog jong) te weten. Hierdoor krijg je niet alleen een volledig beeld van hem, maar ook – zij het in mindere mate – van zijn familie en zijn vrienden Salman en Fatima. Op basis van wat je over hen te weten komt, kun je alleen maar sympathie voor ze opbrengen. Hassan beperkt zich bij hun karakterisering uitsluitend tot de positieve eigenschappen, hoewel Lalloo door wanhoop gedreven nog wel een andere, maar absoluut begrijpelijke kant van zichzelf laat zien.

De auteur geeft de sfeer waarin alles zich afspeelt buitengewoon goed weer. Zoals de smalle straatjes in de stad, het enorme verschil tussen rijk en arm, hoe er op de ‘onderklasse’ wordt neergekeken, het erbarmelijke bestaan in de steenbakkerij, en ga zo maar door. Ook het gevoel dat de verschillende personages hebben, komt prima over en door wat hen overkomt, leef je als lezer volledig met hen mee en hoop je oprecht dat ze een volwaardig en gelukkig leven kunnen hebben. Schrikbarend zijn de beschrijvingen van de – hoewel verboden – werkzaamheden in de bhatti, waar mensen onder mensonterende omstandigheden slavenarbeid moeten verrichten.

Het is overigens niet alleen kommer en kwel, want de roman heeft eveneens mooie, liefdevolle en aandoenlijke momenten. Soms enigszins feelgood-achting, terwijl daar feitelijk geen enkele sprake van is. In een eenvoudige, open en inlevende schrijfstijl vertelt Hassan over de lotgevallen van een jonge man die zowel met voor- als tegenspoed te maken heeft gekregen. Dit doet ze op een overtuigende en indrukwekkende manier, waardoor De jongen die de vuurvliegjes volgde een debuut is om niet snel te vergeten.

Waardering: 4/5

Boekinformatie
Auteur: Aisha Hassan
Titel: De jongen die de vuurvliegjes volgde

ISBN: 9789023961864
Pagina’s: 320

Eerste uitgave: 2025

De letter M – Natasha Pulley

Flaptekst
De ansichtkaart lag al bijna een eeuw op het postkantoor te wachten om bezorgd te worden bij Joe Tournier.

Joe is Engeland nooit uit geweest, zelfs London niet. Hij is een Britse slaaf, een van de duizenden in het Franse rijk. Hij heeft werk en een gezin. Maar hij herinnert zich ook flarden van een ander leven, waarin Engels werd gesproken in Engeland, in plaats van Frans. En nu heeft hij een ansichtkaart in handen die lang geleden is geschreven door een vreemde die hem lijkt te kennen.

Joe moet achter de waarheid komen en hij reist van het door de Fransen bezette Londen naar een afgelegen Schots eiland, terug in de tijd, vechtend voor zijn leven en een andere toekomst.

Recensie
In 2022 werd Natasha Pulley, onder andere bekend van haar intrigerende boek Stad 40, genomineerd voor Gold Crown Award voor haar roman The Kingdoms (De letter M, 2025). Ze wordt geprezen om de ingewikkelde plots, historische settings en elementen van magisch realisme die haar werk bevatten. Deze keer is het niet anders, want het verhaal speelt zich af in een Groot-Brittannië dat de Napoleontische Oorlogen van Frankrijk heeft verloren en dus eigenlijk niet meer Brits is. Ze weet overigens niet (meer) waardoor ze geïnspireerd is, maar wel dat ze een verhaal wilde schrijven over een man die een mysterieuze brief ontvangt en in een vuurtoren terechtkomt.

Deze man is Joe Tournier, een Britse slaaf die in dienst is bij zijn Franse meester M. Saint-Marie. Hij heeft werk en is getrouwd met Alice en samen hebben ze een dochter: Lily. Op een dag staat hij op het station van Londen, maar weet zich zo goed als niets van zijn leven te herinneren. Dan ontvangt hij een ansichtkaart die al bijna honderd jaar op het postkantoor lag, ene M. is de afzender. Hij raakt hierdoor geïntrigeerd en wil nu proberen meer over zijn verleden te weten te komen en ook van wie hij deze kaart heeft ontvangen.

Meteen in het eerste hoofdstuk maakt de lezer kennis met Joe Tournier en doordat hij zich niets meer kan herinneren van wat zich vóór dat bewuste moment heeft afgespeeld, word je enigszins nieuwsgierig naar de reden waarom hij zijn geheugen kwijt is en hoe zijn leven tot dusver is geweest. In de loop van de plot maakt de auteur hier uiteraard steeds meer over bekend en dat gebeurt onder andere door middel van allerlei sprongen in de tijd. Door deze regelmatig terugkerende flash forwards en flashbacks moet je, om de kluts niet kwijt te raken, goed bij de les blijven om te voorkomen dat je niet meer helemaal weet hoe alles precies in elkaar steekt. Gelukkig vermeldt Pulley wanneer een en ander plaatsvindt, maar desondanks kan de tijdspanne nog weleens voor een klein beetje verwarring zorgen.

Het uitgangspunt van de roman is op zich niet slecht en de uitvoering daarvan is eveneens naar behoren gedaan, maar bij tijd en wijle heeft de lezer het gevoel dat het allemaal een tikkeltje te veel van het goede is. De al genoemde tijdwisselingen (soms heb je de indruk dat je een tijdreiziger bent), de vele personages en dan ook nog eens de gedachte dat Groot-Brittannië zo goed als volledig in handen van de Fransen is. Dit vergt behoorlijk wat aanpassingsvermogen. Omdat de Napoleontische Oorlogen tamelijk veel invloed hebben op de gebeurtenissen bevat het verhaal allerlei gewelddadige scènes – daar valt immers niet aan te ontkomen. Wat hieruit op valt te maken, is dat de research van Pulley zorgvuldig en nauwkeurig is geweest en daardoor zijn deze frasen over het algemeen realistisch. Van diverse andere fragmenten kan dit niet gezegd worden, die zijn nogal speculatief.

Vanzelfsprekend is de meest in het oog springende persoon Joe, maar een ander personage dat van groot belang is, is Missouri Kite, een soms onbaatzuchtige en bij tijd en wijle niet onsympathieke scheepskapitein, wiens rol van aanzienlijke importantie is in het leven van Tournier. Beiden zijn zonder meer interessante en intrigerende individuen. Ondanks hun inbreng is het zo nu en dan een opgave om geboeid te blijven, want er zijn momenten minder pakken. Dit ligt ten dele aan de schrijfstijl van de auteur, die zowel beeldend, af en toe mooi, maar bij vlagen lastig te duiden is.

Hoewel sommige situaties min of meer waren te voorzien, bevat het boek verschillende wendingen, een enkele verrassing en is er bij gelegenheid een verrassing te bespeuren. Niettemin is De letter M over het geheel genomen een bevreemdende roman die wel wat van de flexibiliteit van de lezer vergt     

Waardering: 3/5

Boekinformatie
Auteur: Natasha Pulley
Titel: De letter M
ISBN: 9789026178931
Pagina’s: 400

Eerste uitgave: 2025

Een verdwaalde zomerdag – Janneke Siebelink

Flaptekst
Drieankerbaai, Zuid-Afrika, 1989. Nu voor de 31-jarige Camille het moment nadert dat ze ouder zal zijn dan haar beroemde moeder Astrid werd, voelt ze haar aanwezigheid sterker dan ooit. Ze beseft dat het tijd is om de waarheid te ontrafelen en de sporen van haar moeder te volgen, in een poging zichzelf te redden.

Recensie
Het schrijven is Janneke Siebelink als het ware met de paplepel ingegeven, want het eerste wat ze hoorde bij het wakker worden, was de typemachine van vader Jan. Toch duurde het nog flinke tijd voor ze haar eerste boek schreef, want pas in 2022 debuteerde ze met Soms sneeuwt het in april. In het najaar van 2025 bracht ze haar derde roman Een verdwaalde zomerdag uit, dat is gebaseerd op de Zuid-Afrikaanse dichter Ingrid Jonker, die dankzij Nelson Mandela in 1994 – bijna dertig jaar na haar overlijden – wereldberoemd werd.

Op 18 juli 1989, op de begraafplaats waar haar moeder Astrid begraven ligt, realiseert de nu eenendertigjarige Camille dat het niet meer zo lang duurt voor ze ouder is dan haar moeder ooit geweest is. Omdat ze haar nooit echt gekend heeft, besluit ze om meer over haar te weten te komen, om te achterhalen wie ze écht was, maar ook om haar sporen te volgen. Hiermee wil ze voorkomen dat ze met onbeantwoorde vragen blijft zitten, maar wil ze eveneens vermijden dat ze in haar voetsporen treedt.

Na een korte inleiding die zich op de sterfdag van Astrid Viljoen afspeelt en waarin haar dochter Camille zich afvraag wat er exact met haar moeder is gebeurd, waarom ze was zoals ze was, springt het verhaal terug naar tientallen jaren eerder en heeft vervolgens een chronologisch verloop naar – opnieuw – die julidag. Door deze opzet krijgt de lezer een bijzonder goed beeld van het leven van niet alleen Astrid, maar eveneens van haar ouders en later ook haar dochter. Aanvankelijk lijkt het boek op een familiegeschiedenis (ten dele klopt dit wel), maar in de loop van de plot verandert dit, waarna Astrid, haar achtergrond en vooral haar levenswandel centraal staan. Logisch, want het gaat immers om Camille’s drijfveer om meer over haar moeder te ontdekken.

Omdat Siebelink diverse waargebeurde feiten in haar roman heeft verwerkt en uiteraard ook omdat hij gebaseerd is op het korte bestaan van Ingrid Jonker – de auteur zelf geeft heel mooi aan dat ze haar leven heeft geleend – komt alles wat erin gebeurt realistisch over. Natuurlijk valt er niet te ontkomen aan de maatschappelijke problemen waar Zuid-Afrika mee te kampen had (en soms zelfs nog steeds), dus onder andere de apartheid en de daarmee verbonden rassenongelijkheid maken deel uit van het verhaal. Dit zijn echter niet de thema’s waarom het voornamelijk draait, want de onderwerpen die heel duidelijk naar voren komen, zijn bijvoorbeeld eenzaamheid, rouw, verlatingsangst en in mindere mate (maar zonder meer belangrijk) psychische problematiek.

De lezer heeft al snel in de gaten dat Siebelink erg beeldend schrijft, maar moet eveneens wennen aan de schrijfstijl, die in eerste instantie nogal afwijkend lijkt, maar waarvan je vlot doorkrijgt dat de zinnen behoorlijk staccato zijn. Toch is het taalgebruik van de auteur bij tijd en wijle erg mooi en met regelmaat zelfs prozaïsch. Hoewel lang niet elke situatie tot vrolijkheid stemt, is het boek absoluut niet zwaar en evenmin moeilijk leesbaar. Desondanks zijn er wel enkele gedeelten die net iets minder aanspreken, waardoor het op die momenten een tikkeltje minder boeiend is. Over het geheel genomen is het verhaal beslist interessant en leeft de lezer met de personages, die alle intrigerend zijn, mee. Tevens hoop je dat de geschiedenis zich niet zal herhalen, dus deze wens levert zowaar een klein beetje spanning op.

Een verdwaalde zomerdag – de titel is ontleend aan een van Jonkers laatste brieven aan schrijver André Brink – is al met al een roman die je voor het overgrote deel in beslag neemt en zo goed als nergens verveelt.     

Waardering: 4/5

Boekinformatie
Auteur: Janneke Siebelink
Titel: Een verdwaalde zomerdag
ISBN: 9789026366291
Pagina’s: 384

Eerste uitgave: 2025

Het verloren symbool – Dan Brown

Flaptekst
Robert Langdon wordt onder valse voorwendselen naar Washington gelokt: het epicentrum van de wereldmacht en de stad met de grootste verborgen geheimen uit de geschiedenis. Na aankomst in het Capitool krijgt hij een telefoontje. Peter Solomon, vooraanstaand lid van de vrijmetselarij, filantroop en goede vriend van Langdon, is ontvoerd en verkeert in levensgevaar. Solomons kidnapper wil maar één ding: dat Langdon de codes van het mysterieuze genootschap ontcijfert en de legendarische macht die daardoor vrijkomt aan de kidnapper overdraagt. Langdon kan niet anders dan het spel meespelen. Hij krijgt hulp van Katherine, Solomons zus, een vooraanstaand wetenschapper die de kracht van het menselijk denken bestudeert. Lukt het hen om op hun duizelingwekkende tocht de geheimen van Washington te ontraadselen? Want wat hadden de idealen van de geestelijke vaders van de Verenigde Staten gemeen met de denkbeelden van de vrijmetselarij? En kan die kennis het leven van Solomon en het lot van de wereld redden?

Recensie
Nadat Dan Brown in 2003 wereldwijd doorbrak met de thriller De Da Vinci Code heeft hij nog een aantal boeken geschreven waarin professor Robert Langdon de protagonist is. Het derde deel van de reeks is Het verloren symbool (2009) en deze keer staat de vrijmetselarij en de symboliek binnen dit genootschap centraal. Ter voorbereiding op dit boek, waar hij uitgebreid research voor verricht heeft, ligt een synopsis van ongeveer honderd bladzijden ten grondslag.

Op verzoek van zijn vriend Peter Solomon vertrekt Robert Langdon naar Washington om daar een lezing te geven. Ter plekke komt hij erachter dat hij misleid is en dat Solomon ontvoerd is. De dader neemt contact met hem op en eist dat de professor een aantal codes ontcijfert, met als enige doel de macht te krijgen die daardoor vrijkomt. Langdon heeft geen andere keus dan mee te werken en krijgt daarbij de hulp van Katherine, de zus van het slachtoffer. Zal het hen lukken om de geheime code te ontrafelen en daardoor het leven van Solomon te redden?

Hoewel de scène in de proloog niet volkomen uniek is, maakt deze je zonder meer nieuwsgierig en heerst al een lichte spanning. Vervolgens heeft de auteur een – relatief gezien – korte aanlooptijd nodig om het verhaal goed op gang te laten komen. Eenmaal zover gaat hij echter goed los en voert hij het tempo aanzienlijk op. Wendingen volgen elkaar rap op en in een tijdsbestek van maar tien dagen zijn de vele gebeurtenissen niet van de lucht. Behalve een groot aantal spannende momenten is het regelmatig bijzonder mysterieus. Deze geheimzinnigheid wordt vooral veroorzaakt doordat Langdon een code op moet lossen en als lezer ben je geneigd hem hierbij te helpen. Dit is uiteraard niet te doen, want daarvoor ontbreekt het hem aan de broodnodige decodeerkennis. Toch is het niet onaardig om jezelf de illusie te geven dat het kan en van Brown is het knap dat hij dit bij diezelfde lezer kan bewerkstelligen.

Vanzelfsprekend wordt het grootste deel van het verhaal verteld vanuit het perspectief van Robert Langdon, maar er zijn meer dan voldoende hoofdstukken en fragmenten waarin andere personages leidend zijn. De auteur heeft er niet voor gekozen om erg uitvoerig over ieder van hen uit te wijden, maar zo heel erg is dit niet, want er wordt genoeg over hen verteld om ze te kunnen plaatsen en te karakteriseren. Waar Brown wel veel aandacht aan besteedt, is het vrijmetselaarsgenootschap en diens symboliek. Zonder meer interessant, maar bij vlagen is het weleens taai. Bovendien zorgt de gedetailleerde informatie, waaronder een aantal wetenschappelijke theorieën, bij tijd en wijle voor enige vertraging. Desondanks moet veel wel benoemd worden, want enkele feiten zijn zonder meer van invloed op bepaalde voorvallen.

Omdat alles zich afspeelt in Washington D.C. krijgt je talloze feiten over de hoofdstad van de Verenigde Staten voorgeschoteld. Aan de ene kant is dit fascinerend, want de plaats blijkt allerlei verborgen en onbekende geheimen te bevatten. Aan de andere kant zegt het iemand die hier nooit geweest is ook weer niet zo heel erg veel. Leuk om te lezen is dit overigens wel. Dit geldt eveneens voor de intrigerende (en kritische) hypothesen over God en de Bijbel, die je aan het eind van het boek toch even aan het denken zetten. Vlak daarvoor heeft de auteur overigens nog een enorme verrassing in petto, want over een van de personages wordt iets onthuld wat je niet zag aankomen.

Soms zijn diverse situaties en de gevolgen die daar uit voortvloeien enigszins doorzichtig, maar over de hele linie is Het verloren symbool een enerverende leeservaring waar je in vliegende vaart doorheen jaagt en een grote hoeveelheid spannende momenten kent. Brown heeft het dus opnieuw klaargespeeld.

Waardering: 4/5

Boekinformatie
Auteur: Dan Brown 
Titel: Het verloren symbool

ISBN: 9789024553280
Pagina’s: 510

Eerste uitgave: 2009

De informant – A.C. Porter

Flaptekst
Noord-Ierland, begin jaren zeventig. De spanningen tussen protestanten en katholieken lopen steeds verder op. Na Bloody Sunday, als Britse soldaten dertien ongewapende Noord-Ieren doodschieten, escaleert de strijd tegen de Britse overheersing.

Te midden van dit oplaaiende geweld probeert de Nederlandse veearts Mary Thomas een nieuw bestaan op te bouwen. Voor de liefde is ze naar Noord-Ierland verhuisd, maar haar leven neemt een abrupte wending wanneer ze bij de hoogzwangere boerin Annie McDermot automatische wapens ontdekt. Kort daarop wordt Annie vermoord… en besluit Mary de baby mee te nemen.

Recensie
De eerste thriller die Arjan Alberts onder het pseudoniem A.C. Porter schreef, was De erfgenamen, dat in 2024 verscheen en waarmee hij een jaar later de Hebban Thrillerprijs won. Zijn tweede boek, dat in oktober 2025 werd uitgebracht is De informant en speelt zich af in Noord-Ierland ten tijde van de onlusten tussen de katholieken en protestanten. Omdat de auteur op het moment dat het Goedevrijdagakkoord werd getekend in Dublin werkte en woonde en hier dus het nodige over heeft meegekregen, wilde hij een verhaal vertellen over de periode dat de conflicten het hoogtepunt bereikten.

Dit was aan het begin van de jaren zeventig van de vorige eeuw en de spanning tussen de twee stromingen komen op zondag 30 januari 1972, beter bekend als Bloody Sunday, tot uitbarsting. Op die dag schoten Britse militairen dertien ongewapende Noord-Ierse burgers dood tijdens een vreedzame demonstratie. De Nederlandse veearts Mary Thomas krijgt hier het een en ander van mee, omdat ze met een Noord-Ier is getrouwd en derhalve al geruime tijd in het gebied woont. Verschillende oorzaken zorgen er echter voor dat haar op zich rustige leven niet bij het oude zal blijven.

Voordat het echte verhaal begint, geeft de auteur heel beknopt weer wat zich precies op Bloody Sunday afspeelde. Dit is uiteraard interessante informatie en onlosmakelijk verbonden met de gebeurtenissen die zich destijds – zowel voor als na die bewuste zondag – in Noord-Ierland voordeden. Deze korte inleiding is eveneens van belang voor de plot van deze thriller, waarin uitstekend naar voren komt wat de dertig jaar durende burgeroorlog (ook bekend als The Troubles) voor Noord-Ierse gebied en zijn bewoners heeft betekend. Omdat het boek is gebaseerd op diverse waargebeurde feiten en er eveneens werkelijk bestaande personen in genoemd worden, is het over het algemeen bijzonder realistisch, ondanks dat het voornamelijk volledig fictief is.

Een van de belangrijkste personages is Mary Thomas, maar haar man Seán McQueen heeft eveneens een niet onaanzienlijke en zeker niet te onderschatten rol. De lezer komt derhalve tamelijk veel over hen en hun bezigheden te weten, waaronder bijvoorbeeld enkele onsmakelijke taken van een veearts. Beide protagonisten kunnen – eigenlijk vanzelfsprekend – het verhaal niet alleen dragen, dus zijn nog behoorlijk wat anderen die van grote waarde zijn voor de plot en wat zich daarin voordoet. Ieder van hen heeft zijn/haar eigen inbreng en doet dat met verve. In ieder geval is niemand overbodig, en dat komt lang niet altijd voor.

Het verhaal pakt de lezer vanaf de allereerste bladzijde en intrigeert naarmate de gebeurtenissen vorderen en het einde naderbij komt steeds meer. Dit komt onder andere door het gekozen thema, maar tevens door de talloze plotwendingen, verscheidene actiescènes, een groot aantal ontwikkelingen, waaronder een paar verrassende, en op gezette tijden de spanning, die soms zelfs om te snijden is. De ontknoping, waarin het tempo ook nog eens tamelijk hoog ligt (hier valt sowieso niet over te klagen) is hier misschien wel het ultieme voorbeeld van. Een andere factor die bij dit alles meespeelt, is de sfeer van toen. Porter geeft die prima weer en het is te merken dat hij gedegen onderzoek verricht heeft waardoor je er totaal geen moeite mee hebt je naar die buitengewoon roerige periode te verplaatsen.

De schrijfstijl van de auteur is inlevend, beeldend en ongecompliceerd. Dialogen zijn zoals ze in het echte leven ook gehouden worden en voelen absoluut niet geforceerd aan. Kortom, De informant voelt, mede door de historische achtergrond, voor het grootste deel aan als non-fictie, terwijl het feitelijk zo goed als in zijn geheel verzonnen is. Al met al heeft Porter opnieuw puik werk afgeleverd.     

Waardering: 4/5

Boekinformatie
Auteur: A.C. Porter
Titel: De informant
ISBN: 9789401625395
Pagina’s: 416

Eerste uitgave: 2025

De val – David Baldacci

Flaptekst
Walter Nash is een zachtaardige, gelukkige en succesvolle zakenman met een liefdevol gezin. Hij is nooit boos, houdt niet van wapens en bezit geen bijzondere fysieke kwaliteiten. De schaduwwereld is hem onbekend – totdat op de dag van de begrafenis van zijn vader, een Vietnamveteraan met wie hij geen contact meer had, de fbi bij hem aanklopt. Ze vertellen hem dat het bedrijf waarvoor hij werkt eigenlijk een criminele organisatie is. En ze hebben zijn hulp nodig om die organisatie uit te schakelen.

Nash’ poging om informatie te verzamelen blijft alleen niet onopgemerkt. Wanneer zijn dochter verdwijnt en hijzelf ervan wordt beschuldigd haar te hebben misbruikt, valt zijn perfecte wereld in duigen. Om zijn onschuld te bewijzen moet Walter Nash iemand anders worden: een man van geweld en fysieke kracht, die doelgericht de donkere wereld betreedt die hem alles wat hem dierbaar is heeft afgepakt…

Recensie
Het leven van Walter Nash is heel normaal. Hij heeft een vrouw en dochter, waar hij veel van houdt, een baan die hem voldoening geeft en een salaris waarvan hij bijzonder goed kan rondkomen. Kortom, hij is een gelukkig man. Zijn rustige, en in feite saaie bestaan, verandert op slag nadat hij wordt benaderd door de FBI met het verzoek hen te helpen om het bedrijf waarvoor hij werkt te ontmaskeren als criminele organisatie. Dan verdwijnt zijn dochter en wordt hij er onterecht van beschuldigd dat hij haar heeft misbruikt. Dit noopt hem ertoe om een wereld te betreden die niet de zijne is.

De vraag wat je zou doen als je normale, alledaagse leven van de ene dag op de andere wordt verwoest door krachten waar je geen controle over hebt, was voor David Baldacci – nadere introductie overbodig – een van de drijfveren om een verhaal te schrijven dat hem uitdaagt en waarin hij dingen probeert waarvan hij niet zeker weet of hij het wel kan. Hij ging aan de slag en het resultaat is dat eind 2025 de thriller De val is verschenen, waarin, in tegenstelling tot zijn meeste andere boeken, een heel gewone man de protagonist is.

Die gewone en eigenlijk kleurloze man is Walter Nash, succesvol directeur Acquisities bij investeringsbedrijf Sybaritic. Omdat het verhaal voornamelijk vanuit zijn perspectief wordt verteld, maar ook vanwege de uitvoerige aandacht die de auteur met name in de eerste helft van het boek aan zowel zijn persoonlijke als zakelijke omstandigheden besteedt, krijgt de lezer een behoorlijk goede indruk van hem. Baldacci verzuimt evenmin om relevante – en soms wat irrelevante – informatie over de andere personages te geven. Hierdoor ontstaat dus een prima beeld van de protagonist, maar eveneens van degenen die belangrijk voor hem zijn én van de personen met wie hij te maken krijgt.

Omdat de thrillerspanning tot halverwege achterwege blijft, lijkt er niet zo heel veel te gebeuren, maar dat is slechts uiterlijke schijn. Er doen zich namelijk ruim voldoende ontwikkelingen voor die invloed hebben op het leven van Nash en zijn gezinsleden en het merendeel daarvan is bepalend voor de metamorfose die hij noodgedwongen moet ondergaan. Aanvankelijk kabbelt de plot in een rustig tempo voort, maar vanaf het moment dat Nash’ dochter Maggie spoorloos verdwenen is, wordt de motor aangezet en de snelheid zienderogen opgevoerd. Hoewel de echt spannende situaties hierna ook tot een minimum beperkt blijven – de actievolle ontknoping uitgezonderd – gaan de gebeurtenissen, die sowieso al boeiend waren, steeds meer intrigeren. De lezer raakt derhalve nog meer betrokken bij het wel en wee van de sympathieke Walter.

Baldacci erom bekend dat hij in zijn werk vaak waargebeurde feiten en maatschappelijke thema’s verwerkt en in dit verhaal is het niet anders. Bijzonder diepgaand gaat hij daar echter niet op in – en gezien de aard van het boek hoeft dit ook helemaal niet – maar de onderwerpen zijn herkenbaar en een enkele daarvan is zelfs essentieel voor het verloop van de plot, dat hierdoor enigszins realistisch overkomt. Daarentegen is de verandering die Nash ondergaat begrijpelijk, edoch niet helemaal geloofwaardig. Toch is zijn transformatie absoluut interessant, want je bent er oprecht benieuwd naar of hij als mens eveneens zal veranderen.

Wie verwacht dat aan het eind alles opgelost is en verhelderd wordt, komt bedrogen uit, want de missie die Nash zichzelf heeft gesteld, is nog niet afgelopen. De val, in een prima vertaling van Jolanda te Lindert, sluit namelijk af met een honderd procent open eind en een grote cliffhanger die je vooraf niet had verwacht. De terugkeer, het vervolg dat in mei 2026 verschijnt, zal moeten uitwijzen of Walter slaagt of faalt. In ieder geval is deze eerste kennismaking met hem buitengewoon geslaagd en doet uitzien naar het volgende boek.

(Dit boek heb ik voor Hebban gerecenseerd.)

Waardering: 4/5

Boekinformatie
Auteur: David Baldacci
Titel: De val

ISBN: 9789044938777
Pagina’s: 528

Eerste uitgave: 2025

Vroeger woonden wij hier – Marcus Kliewer

Flaptekst
Charlie en Eve kunnen niet geloven dat het oude, pittoreske huis in de bergen dat ze net hebben gekocht zo spotgoedkoop was. Dan staat er op een dag een man voor de deur. Hij zegt dat hij vroeger in het huis woonde en wil het zijn gezin graag laten zien.

Zodra het gezin binnenstapt, begint een reeks onverklaarbare gebeurtenissen. Wanneer Charlie verdwijnt, verliest Eve haar grip op de realiteit. Is er echt iets mis met het huis of zit het allemaal in haar hoofd?

Recensie
Al zolang hij het zich kan herinneren houdt Marcus Kliewer zich bezig met het schrijven van verhalen. Aanvankelijk alleen als animatie, strip of stokfiguurtje, maar tegenwoordig ook als roman of kortverhaal. Een serie korte verhalen die hij op nieuws- en forumplatform Reddit schreef, was Vroeger woonden wij hier, dat in 2021 de prijs voor het engste verhaal won. Uiteindelijk groeide dit uit tot een volledig boek, waarmee hij in 2025 debuteerde en dat inmiddels ook verfilmd wordt en op Netflix te zien al zijn.

Hierin heeft het jonge koppel Eve en Charlie de hoofdrol. Beide vrouwen hebben kort geleden voor een spotprijs een oud huis in een schilderachtige omgeving op de kop kunnen tikken. Op een koude vrijdagavond – Eve is alleen thuis – staat een gezin van vijf personen voor de deur. Thomas, de vader, vraagt of hij zijn kinderen de woning, waarvan hij zegt er vroeger te hebben gewoond, mag laten zien. Aarzelend stemt Eve toe, en vanaf dan vinden er enkele vreemde en onverklaarbare gebeurtenissen plaats. Als Charlie plotseling verdwijnt, weet ze het even niet meer en vraagt ze zich af of er iets met het huis is of dat alles zich in haar hoofd afspeelt.

Hoewel het uitgangspunt van dit debuut op zich niet eens zo heel erg slecht is, is het evenmin uniek. Er zijn in de loop der tijd immers meer dan genoeg boeken verschenen waarin in huizen onverklaarbare en geheimzinnige gebeurtenissen plaatsvinden. Net als iedere andere auteur geeft Kliewer hier zijn eigen draai aan, maar hij slaagt er slechts mondjesmaat in zich te onderscheiden. Ja, er doen zich vanzelfsprekend verschillende mysterieuze voorvallen voor en sommige daarvan komen inderdaad als heel merkwaardig over, maar in feite zijn ze allemaal – aan het eind van de plot wordt dit in zekere zin zelfs bevestigd – verklaarbaar. De gemoedstoestand van Eve is bijvoorbeeld een van de redenen dat de intentie van de auteur (de lezer een spannend, eng en raadselachtig verhaal voorschotelen) niet het gewenste resultaat oplevert.

Eve en, echter in iets mindere mate, haar partner Charlie zijn de belangrijkste personages, maar de meeste aandacht wordt aan eerstgenoemde besteed. Desondanks kom je betrekkelijk weinig over hen te weten, behalve dat beide vrouwen elkaars tegenpolen zijn en dat Eve niet al te sterk in haar schoenen lijkt te staan. Dit laatste is er wellicht ook de reden van dat ze te zien krijgt wat ze wil zien. Het is dan aan de lezer om er wel of niet in te trappen. Daarnaast is er een bescheiden, maar niet te onderschatten rol weggelegd voor het gezin, want zij zijn immers de aanleiding van de merkwaardige incidenten. Op het bijzondere gedrag van Eve na, is het effect van hun aanwezigheid minimaal, voornamelijk omdat de auteur heeft nagelaten alle mogelijkheden die voor een geheimzinnige en griezelige sfeer kunnen zorgen ten volle te benutten.

Ofschoon de plot diverse wendingen bevat, waarvan sommige nogal voor de hand liggend zijn, is het over het geheel genomen behoorlijk doorzichtig en zijn er tamelijk veel losse eindjes. Nochtans zorgt de auteur in de ontknoping toch nog voor een verrassing, overigens de eerste en enige. In deze slotfase ontstaat zowaar een klein beetje spanning, die eveneens vergezeld gaat met enkele enigszins lugubere scènes. In tegenstelling tot wat wordt gesuggereerd, is er in het boek totaal geen sprake van huiveringwekkende of horrorachtige taferelen. Het komt er goed beschouwd op neer dat alles buitengewoon gezapig is, waardoor er eigenlijk zelden iets te beleven valt.

De schrijfstijl van Kliewer is over het algemeen prettig en beeldend, hoewel er ook momenten zijn waarin dit wat minder tot uiting komt. De desbetreffende fragmenten komen namelijk stroef en steriel over. De goede en zorgvuldige vertaling van Vroeger woonden wij hier, dat vlot en gemakkelijk leest, lag in handen van Lia Belt, maar heeft niet kunnen voorkomen dat het boek niet overtuigt en de lezer verre van omverblaast.

(Dit boek heb ik voor Hebban gerecenseerd.)

Waardering: 2/5

Boekinformatie
Auteur: Marcus Kliewer
Titel: Vroeger woonden wij hier

ISBN: 9789021058665
Pagina’s: 320

Eerste uitgave: 2025

De kale berg – Lex Reurings & Willem Janssen Steenberg

Flaptekst
Al sinds 2002 is De kale berg hét boek voor iedereen die de Mont Ventoux wil beklimmen, per fiets, op skeelers, op loopschoenen of anderszins, alleen of met een groep. Aan de 1910 meter hoge berg in de Provence worden mythische kwalificaties toegedicht. De kale berg bevat verhalen over de ontstaansgeschiedenis van de Mont Ventoux, de flora en fauna, de omliggende dorpen en stadjes en natuurlijk de beklimmingen in de Tour de France. Daarnaast komen de theorie en praktijk van het trainen, trainingsschema’s en praktische tips over het fietsen in de bergen en mooie fietsroutes aan bod. Het boek maakt ook een uitstapje naar het oostelijk gelegen zusje van de Ventoux, de Montagne de Lure.

Recensie
Een van de bergen die het meest tot de verbeelding spreekt, is de in Zuid-Frankrijk gelegen Mont Ventoux. Een van de redenen daarvan is de dood van de Britse wielrenner Tom Simpson, die op 13 juli 1967 tijdens de Tour de France en tijdens de beklimming van de berg, op ongeveer anderhalve kilometer van de top verwijderd, ten val kwam en overleed. Over zijn doodsoorzaak deden en doen overigens allerlei verhalen de ronde, want men heeft niet met honderd procent zekerheid kunnen vaststellen waaraan hij exact overleden is. De beklimming van de ruim negentienhonderd meter hoge Ventoux is de zwaarste die er is en geldt om uiteenlopende redenen als een mythische berg.

Over de berg zijn diverse boeken verschenen en één daarvan is De kale berg, op en over de Mont Ventoux, dat oorspronkelijk in 2002 verscheen en door Lex Reurings en Willem Janssen Steenberg is samengesteld. In het boek, dat in de loop der jaren diverse keren herzien en geactualiseerd is, gaat het hoofdzakelijk om de beklimming van de berg, maar de auteurs besteden eveneens aandacht aan allerlei andere zaken, zoals de geschiedenis van de Ventoux en wat beknopte informatie over de omliggende plaatsen. Deze informatie is een mooie toevoeging en over het algemeen interessant om te lezen, want hierdoor krijg je een gedegen indruk van de omgeving en de berg zelf.

Reurings en Janssen Steenberg brengen eveneens naar voren dat een goed voorbereiding voor de beklimming van de berg het halve werk is. Daarom geven ze nuttige tips en hebben ze enkele trainingsschema’s in het boek opgenomen. Erg handig voor wie plannen heeft om de Ventoux te beklimmen. Adviezen over materiaal en, hoewel in iets mindere mate, voeding zijn dat eveneens, dus ook dit is van toegevoegde waarde. Toch is bepaalde informatie, zoals bijvoorbeeld welk verzet te gebruiken, behoorlijk theoretisch en voor de ‘neutrale’ lezer minder boeiend. Dit geldt tevens voor de beschrijving van enkele fietsroutes, die zijn in feite alleen belangwekkend voor iemand die werkelijk van plan is hier gebruik van te maken.

Een groot pluspunt in het boek zijn de verhalen van ervaringsdeskundigen, dus van mensen die de Mont Ventoux zelf beklommen hebben, op welke manier dan ook. Ieder vertelt over zijn eigen ervaring, hoe hij de klim beleefde en ontiegelijk heeft moeten afzien. De emoties die bij ieder van hen opkwamen, zijn zichtbaar en zelfs enigszins te voelen. Leuk om te zien zijn de foto’s die de auteurs in het boekwerk hebben opgenomen. Hierdoor krijg je een globaal beeld van de berg en zijn omgeving. De kale berg, op en over de Mont Ventoux is vooral bedoeld voor de wielrenner die het plan heeft opgevat om aan de zware onderneming, die de beklimming zonder meer is, te beginnen. In hun doelstelling om hen de informatie te geven die daarvoor nodig is, zijn de auteurs zonder meer geslaagd. Voor ieder ander is dit hoe dan ook een boek dat een beetje inzicht geeft in de mythe rond de Ventoux en het gekkenwerk waar velen zich mee bezig houden.

Waardering: 3/5

Boekinformatie
Auteur: Lex Reurings & Willem Janssen Steenberg
Titel: De kale berg, op en over de Mont Ventoux

ISBN: 9789400400979
Pagina’s: 288

Eerste uitgave: 2002