Categorie archief: Gelezen in 2022

Waterkoud – A.M. Ollikainen

Flaptekst
Op de ochtend van midzomerdag worden inspecteur Paula Pihlaja en haar team na een gruwelijke vondst opgeroepen. Voor het landgoed van een ondernemersfamilie ten westen van Helsinki staat een vrachtcontainer met daarin het lijk van een zwarte vrouw. Ze moet een afschuwelijke dood zijn gestorven, want de container is tot de nok gevuld met zeewater.

De vrouw heeft geen papieren bij zich en niemand lijkt te weten wie ze is. Paula wantrouwt de verklaringen van de familie echter en zet alles op alles om de waarheid boven water te krijgen. Als de identiteit van de vermoorde vrouw eindelijk wordt achterhaald, start Paula met de reconstructie van haar laatste uren. Waarom was universitair docente Rauha Kalando een paar uur voor haar dood overgevlogen uit Namibië? En welke rol speelt het document dat in haar hotelkamer wordt gevonden – ondertekend door niemand minder dan de voormalige directeur van het bedrijf?

Recensie
Tien jaar geleden heeft Aki Ollikainen zijn baan als journalist opgezegd om te gaan schrijven. Inmiddels heeft hij drie romans en enkele gedichten voor kinderen op zijn naam staan. Zijn vrouw Milla is journalist, maar heeft ook een aantal thrillers geschreven, die overigens niet in het Nederlands vertaald zijn. In 2021 brachten ze onder de schrijversnaam A.M. Ollikainen hun gezamenlijke thrillerdebuut Kontti (Waterkoud, 2022) uit, het eerste boek van een vijfdelige serie waarin inspecteur Paula Pihlaja de hoofdrol heeft.

Het is midzomerdag en op het landgoed van de Lehmus-stichting, waarvan een rijke ondernemersfamilie eigenaar is, wordt een zeecontainer gevonden waarin zich het lijk van een vermoorde donkere vrouw bevindt. Ondanks haar onbekende identiteit – niemand lijkt te weten wie ze is – doet het rechercheteam van inspecteur Paula Pihlaja er alles aan om de moord op te lossen. Uiteindelijk achterhaalt Pihlaja de naam van de vrouw, die niet lang voor haar dood vanuit Namibië naar Finland is overgekomen. Een door de oprichter van de stichting ondertekend document dat in haar hotelkamer wordt gevonden, zorgt vervolgens voor een aantal vragen.

Voordat de lezer kennismaakt met inspecteur Paula Pihlaja en haar drie collega’s is hij er getuige van dat een dan nog onbekende vrouw in volledige duisternis bijkomt en zich niet realiseert waar ze is en wat er met haar gebeurd is. De onzekerheid en paniek die dit bij haar teweegbrengt, is merkbaar en de situatie waarin zij is beland zorgt voor vragen. In de plot komt hier heel langzaam steeds meer duidelijkheid over, maar omdat het verhaal niet uitblinkt in snelheid heeft het schrijversduo daar erg veel tijd voor nodig. Daarnaast zijn de ontwikkelingen in het grootste deel van het verhaal vrij mager, waardoor het lijkt alsof er zo goed als niets gebeurt. Pas in het laatste gedeelte – de thriller bestaat uit drie delen – wordt het tempo enigszins opgevoerd en doen zich enkele hachelijke momenten voor.

Het uitgangspunt waar het echtpaar Ollikainen voor gekozen heeft, is interessant en overwegend origineel; het politieonderzoek waar de plot voornamelijk uit bestaat, is aanmerkelijk minder uniek. Dergelijke thrillers zijn er in overvloed en dan is het aan de auteur om enigszins onderscheidend te zijn, hetgeen dit tweetal redelijk is gelukt. Waar ze zonder meer in geslaagd zijn, is het opvoeren van een aantal boeiende personages. Dit geldt zowel voor het rechercheteam als de mensen die een directe relatie met de Lehmus-stichting hebben. Van alle personages leert de lezer Pihlaja het beste kennen en komt te weten dat zij een groot geheim met zich meedraagt, net als enkele anderen overigens. Van ieder ander wordt voldoende verteld om een goed beeld van hen te krijgen. Daarbij springt de diversiteit van de rechercheurs in het oog.

Ondanks het goeddeels achterblijven van de spanning zorgen de gebeurtenissen wel voor een continue nieuwsgierigheid. Je wilt immers weten wat de reden is dat de vrouw naar Finland is gekomen, waarom ze is omgebracht, wie daarvoor verantwoordelijk is en wat ieders geheimen zijn. Daarin word je gesterkt door een paar hoofdstukken die zich in het verleden afspelen en waarin door de ogen van een vooralsnog anonieme vrouw verteld wordt wat jaren eerder in Namibië is voorgevallen. Mede door haar relaas wordt de lezer trouwens wel op het verkeerde been gezet, want de ontknoping, waarin de meeste vragen worden beantwoord, wijst uit dat niet alles is zoals je verondersteld had.

Na afloop blijven nog wel wat losse eindjes overeind staan, maar daar gaan de auteurs in het volgende deel van de serie zo goed als zeker op door. Waterkoud, in een prima vertaling van Annemarie Raas, vormt in ieder geval een afgerond geheel en is een rustige en aardige start van de reeks rond Team Helsinki, zoals deze reeks ook wel wordt genoemd.

(Dit boek heb ik voor Hebban gerecenseerd.)

Waardering: 3/5

Boekinformatie
Auteur: A.M. Ollikainen
Titel: Waterkoud

ISBN: 9789402766158
Pagina’s: 352

Eerste uitgave: 2022

In Barbarije – John Meilink

Flaptekst
1678. De Westinjevaarder Sint Joris vertrekt vol goede moed met een lading Schiedamse jenever en een aantal passagiers richting Paramaribo. Ter hoogte van de Kaapverdische Eilanden slaat het noodlot echter toe: Algerijnse kapers enteren het schip en alle opvarenden worden in de boeien geslagen. Na een reis vol ontberingen verdwijnen de Hollanders in de wrede wereld van Moorse slavenhandelaren.

Thomas Hees, afgezant van de Republiek in Algerije, probeert uit alle macht een vredesverdrag met de plaatselijke machthebbers te sluiten, om zo de Hollandse koopvaarders in de Middellandse Zee te vrijwaren van piraterij en de Hollandse slaven vrij te kopen. Maar de concurrentie is hevig: Engelsen en Fransen schuwen geen middel om Hees dwars te zitten. Tot overmaat van ramp verschijnt er, te midden van intriges, bruut geweld en verraad, een nog grotere vijand in Algiers: de Zwarte Dood.

Recensie
In 2019 debuteerde John Meilink met de historische roman Kroesvee, waar hij zes jaar aan gewerkt heeft. Dit is het eerste deel van de serie Zonen van Jafeth, een viertal los van elkaar staande verhalen over de Nederlandse slavenhandel in de zeventiende eeuw. Het vervolgdeel In Barbarije verscheen medio 2022 en beide boeken zijn inmiddels opgenomen in de nieuwe Canon van Nederland (vensters VOC en WIC).

In het najaar van 1678 vertrekt het Hollandse fluitschip Sint Joris met een aantal passagiers en een kostbare lading naar Suriname. Bij de Kaapverdische Eilanden worden ze onderschept door Algerijnse kapers en iedereen die zich aan boord bevindt, wordt gevangengenomen en niet veel later als slaaf verkocht. Ondertussen is Thomas Hees, afgezant van de Staten-Generaal in Algiers, bezig om vrede te sluiten met de lokale autoriteiten om te voorkomen dat Hollandse schepen geënterd worden. Hierin wordt hij gehinderd door de Engelsen en Fransen, maar nog erger is dat op een gegeven moment de gevreesde Zwarte Dood ongenadig toeslaat.

In Barbarije, het tweede deel van het vierluik dat tezamen de serie Zonen van Jafeth vormt, is uitstekend los van het voorgaande te lezen. De setting is volledig anders (deze keer vormt Noord-Afrika het decor), er zijn geen terugkerende personages en de insteek van de plot wijkt in alles af van die in Kroesvee. Het enige dat qua stijl overeenkomt is de opzet van de roman: een aantal delen, overwegend korte hoofdstukken die alle worden voorafgegaan door een kort fragment uit de Koran, uit brieven of uit andersoortige beschrijvingen. Daarnaast is er zo nu en dan een hoofdstuk dat terugspringt naar enkele jaren eerder en waarin de lezer iets meer te weten komt over een paar personages.

Wanneer het slavernijverleden ter sprake komt, wordt over het algemeen aan de slaven met een donkere huidskleur gedacht, maar in deze roman besteedt Meilink juist aandacht aan blanke – en Europese – slaven; een stukje geschiedenis dat bij de massa vrij onbekend en onderschat is en waarvan velen dus niet weten dat dit ooit voorgekomen is. Het verhaal, dat op zich fictief is, maar waarin wel degelijk waargebeurde feiten naar voren worden gebracht, kan daarom gerust als een eyeopener worden beschouwd. In diverse verhaallijnen volgt de lezer zowel het leven van een aantal slaven, dat van hun onderdrukkers en ook dat van de afgezant van de Staten-Generaal Thomas Hees. Dat de nadruk daarbij niet specifiek op de onderworpene ligt, maar tevens op de onderdrukker is van toegevoegde waarde, want daardoor krijg je een vrij volledig beeld van wat zich destijds zoal heeft afgespeeld.

Door de beeldende en inlevende schrijfstijl van de auteur heeft de lezer regelmatig het gevoel zelf deel van het verhaal uit te maken. Een langdurige scène in de eindfase van de roman is daar het duidelijkste voorbeeld van, dan leef je echt met enkele personages mee en hoop je met heel je hart dat ze in hun missie zullen slagen. Situaties als deze zorgen er ook voor dat de roman wat spanning heeft. Omdat in de plot woorden voorkomen die stammen uit het eind van de zeventiende eeuw, de scheepvaart of Arabisch zijn, heeft Meilink achter in het boek een verklarende woordenlijst opgenomen of legt hij op diverse bladzijden uit wat de betekenis ervan is. Dit is zonder meer een waardevolle en vaak nodige aanvulling.

Al met al is In Barbarije, waarvan de afloop ietwat onbevredigend is, een roman die een realistisch beeld geeft van de ellende die Nederlandse, maar ook Europese, slaven in het noorden van Afrika hebben moeten ondergaan. Hieruit blijkt dat de Hollanders (zoals ze destijds genoemd werden) zich niet alleen aan slavernij bezondigden, maar dat velen van hen zelf ook het lot van slaaf moesten ondergaan.

(Met dank aan de auteur en LM Publishers voor het beschikbaar stellen van een recensie-exemplaar.)

Waardering: 4/5

Boekinformatie
Auteur: John Meilink
Titel: In Barbarije

ISBN: 9789460229978
Pagina’s: 440

Eerste uitgave: 2022

Sønderho – Fedor de Groot

Beschrijving
Monika Hedegaard, rechercheur bij de politie van Kopenhagen, linkt twee lopende zaken aan elkaar: een vermoorde vrouw die op haar lijkt en een gecodeerde dreigbrief. Vanwege een onverklaarbare DNA-match met haarzelf en het slachtoffer wordt Monika van de zaak gehaald. Samen met haar zus Isabel start ze een eigen onderzoek.

Bij een dossierstudie stuit onderzoeksjournalist Owen Cuperus op het geheime persoonsverwisselingprogramma “GenMedical” uit de Tweede Wereldoorlog. Als hij een link naar Isabel vindt, contacteert hij haar. Dan blijkt dat ze meer raakvlakken hebben dan het onderzoek alleen. Ze bundelen hun krachten om een gevaarlijke tegenstander het hoofd te bieden. Tijdens een confrontatie in een oud laboratorium in Sønderho, een dorpje op het Deense waddeneiland Fanø, komt het verleden opnieuw tot leven en vallen alle puzzelstukjes op hun plaats.

Recensie
Vanwege de stress die zijn reguliere werk met zich meebrengt, zocht Fedor de Groot een uitlaatklep om zich te kunnen ontspannen. Hij koos ervoor om te gaan schrijven, een bezigheid die hem energie gaf. In 2017 begon hij met korte verhalen, deed mee aan diverse schrijfwedstrijden en volgde een aantal schrijfopleidingen. Voor zijn debuutthriller Sønderho, dat in oktober 2021 is uitgebracht, heeft hij uitgebreid research gedaan en het schrijfproces heeft ook geruime tijd in beslag genomen.

Monika Hedegaard, rechercheur bij de politie van Kopenhagen, ontvangt een geheimzinnige brief met een opdracht. Op dezelfde dag krijgt ze met een moord te maken op een vrouw die haar tweelingzus kan zijn. Ze heeft al snel een link tussen beide zaken gelegd, maar als na DNA-onderzoek blijkt dat er een match tussen haar en de vrouw bestaat, wordt ze van het onderzoek afgehaald. Met haar zus Isabel, die ze al achttien jaar niet heeft gezien, gaat ze zelf op zoek naar antwoorden. Als Isabel onderzoeksjournalist Owen Cuperus ontmoet, gaan ze met hem samenwerken en komen ze tot een schokkende ontdekking.

Het verhaal begint met een korte proloog die zich in 1998 afspeelt en anders eindigt dan je aanvankelijk vermoedt. Na dit enigszins verrassende begin van Sønderho spelen de eerste vijf hoofdstukken zich af op verschillende data van bepaalde jaren. De flashbacks en -forwards geven de lezer inzicht in wat er in het verleden gebeurd is, maar voor het verloop van de plot is niet alle informatie die daarin gegeven wordt van belang. Door deze vlot achter elkaar vallende wisselingen in tijd laat de start van het verhaal een licht rommelige indruk achter, maar vanaf het zesde hoofdstuk wordt het anders. Vanaf dat moment verloopt de plot volledig chronologisch en dat zorgt voor meer rust in de structuur. Het geheel wordt er in ieder geval een stuk duidelijker door.

Sønderho wordt verteld vanuit verschillende perspectieven, het zijn nochtans Monika en Isabel die het meest in de schijnwerpers staan. Over hen kom je het meest te weten en hun personages zijn, zonder de anderen tekort te doen, ruim voldoende uitgewerkt. Desondanks lukt het niet om echt een band met hen te krijgen. Een belangrijke reden daarvoor is dat ze, ondanks wat hen in het verleden overkomen is, nogal emotieloos overkomen; iets dat overigens ook opgaat voor alle andere karakters in het verhaal. Mogelijk dat dit komt omdat de auteur nogal wat personages laat opdraven, want soms zie je door de bomen het bos even niet meer. Ze hebben echter wel allemaal een rol, ofschoon je je bij een aantal van hen wel kunt afvragen of het nodig is dat ze bij naam en toenaam genoemd worden.

In de beginfase ontstaat er een klein spanningsveld dat gedurende de plot niet zo heel veel groter wordt. Er zijn wel een paar situaties die wat meer spanning en actie hebben dan de meeste andere, maar niet dusdanig dat je daardoor op het puntje van je stoel gaat zitten. Het verhaal blijft overigens wel boeien, je wilt immers te weten komen of het de zussen lukt hun antwoorden te krijgen. In de ontknoping wordt het zelfs nog enigszins geheimzinnig en – maar dat geldt voor meer fasen in het verhaal – vraag je je zo nu en dan af of een enkeling zich niet voor iemand anders voordoet. Er zijn overigens enkele passages die plotseling uit de lucht komen vallen, dan lijkt het alsof er niets aan voorafgegaan is. Dat komt een beetje verwarrend over.

De auteur heeft grondig research verricht, hetgeen overduidelijk te merken is. Sønderho, hoe bizar een aantal gebeurtenissen ook is, komt realistisch over. Daarmee is het een verdienstelijk debuut, waarin de spanning niet al te hoog is en het verhaal, dat wat gladjes verloopt, niet voor veel verrassingen zorgt. De Groot toont hoe dan ook aan dat hij een verhaal kan vertellen en zal ongetwijfeld verder groeien in het schrijversvak.

Waardering: 3/5

Boekinformatie
Auteur: Fedor de Groot
Titel: Sønderho

ISBN: 9789493233614
Pagina’s: 408

Eerste uitgave: 2021

De Da Vinci Code – Dan Brown

Beschrijving
Een verborgen code in het werk van Leonardo Da Vinci Een wanhopige race door Franse kathedralen en kastelen Een verbazingwekkende eeuwenoude waarheid – eindelijk onthuld In Parijs loopt professor Robert Langdon een afspraak mis met de curator van het Louvre omdat die kort daarvoor is vermoord. Langdon is de belangrijkste verdachte, ook al omdat de man vóór hij stierf Langdons naam op de grond heeft geschreven. Langdon vlucht, geholpen door een agente. Hij beseft dat de curator aanwijzingen heeft achtergelaten die alleen hij kan ontcijferen: symbolen die verwijzen naar het werk van Da Vinci, voor wiens ‘Mona Lisa’ het lijk gevonden is. Langdon gaat terug, het Louvre in. Met zijn redster begint hij een speurtocht naar het motief voor de moord en naar de betrokkenheid van Opus Dei. Maar de politie en de moordenaar zitten hem op de hielen…

Recensie
Het lezen van een roman tijdens een vakantie op Tahiti inspireerde Dan Brown om thrillerauteur te worden. Hij begon met het schrijven van Het Juvenalis Dilemma, dat zich grotendeels in Sevilla afspeelde en 1998 in het Nederlands is verschenen. Zijn wereldwijde doorbraak kwam in 2003 toen De Da Vinci Code werd uitgebracht, een thriller die wordt gerekend tot een van de meest populaire boeken aller tijden en in 2006 is verfilmd. Desondanks werden zowel het boek als de auteur sterk bekritiseerd, voornamelijk vanwege de anti-christelijke inslag.

Op een late avond wordt de conservator van het Parijse museum het Louvre vermoord. Hij heeft vlak voor zijn dood een aantal mysterieuze aanwijzingen op de grond kunnen schrijven en de naam van Harvard-professor Robert Langdon stond hier ook bij vermeld. Voor de Franse politie is Langdon de voornaamste verdachte. Sophie Neveu, agente van de politieafdeling Cryptologie, is echter overtuigd van zijn onschuld en met haar hulp lukt het de professor uit het museum te ontsnappen. Samen proberen ze de door de conservator achtergelaten hints te ontcijferen om zodoende achter het geheim van de Heilige Graal te komen.

De Da Vinci Code is een thriller waarin feiten en fictie door elkaar heen lopen. Dit is over het algemeen een interessante en boeiende combinatie waardoor de lezer niet alleen met een spannend verhaal voorgeschoteld kan krijgen, maar ook nog eens voorzien wordt van een flinke hoeveelheid informatie. In dit vierde boek van Brown, en het tweede waarin Langdon voorkomt, maken allerlei wetenswaardigheden een aanzienlijk – en misschien wel te overvloedig – deel uit van de plot. Deze weetjes, die overigens niet allemaal even fascinerend zijn, hebben een dusdanige invloed op het tempo dat het bij vlagen niet vooruit te branden is. Op zulke momenten gebeurt er domweg niets en kun je je met recht afvragen of je wel een thriller leest.

Er zijn echter voldoende ontwikkelingen, waaronder enkele onverwachte, waardoor het verhaal ook wel weer intrigeert. Het zijn dan vooral de door de vermoorde conservator achtergelaten aanwijzingen die zowel de hoofdpersonages als de lezer bezighouden. Dat doen ook de diverse verhaallijnen, waaruit uiteindelijk opgemaakt kan worden dat deze bijzonder vernuftig in elkaar steken en het onderlinge verband in de plot meer en meer duidelijk wordt. De auteur heeft niets vergeten, is erg zorgvuldig in zijn details en verliest daarbij het grote geheel niet uit het oog. Daarnaast blijkt dat zijn research – dat heel uitgebreid moet zijn geweest – buitengewoon nauwkeurig en accuraat is uitgevoerd.

Ondanks allerlei verschillende gebeurtenissen, de geheimzinnigheid rond de diverse aanwijzingen en de met hindernissen gepaard gaande zoektocht van Langdon en Neveu is het met de spanning nogal karig gesteld. Natuurlijk zorgen de hoofdstukken die eindigen met een cliffhanger voor een gezonde nieuwsgierigheid bij de lezer en dit kan zonder twijfel een spanningsgevoel oproepen, maar de vele actie die het voorgaande deel van de Langdon-reeks (Het Bernini mysterie) wel had, komt in deze thriller niet voor. In de ontknoping weet Brown de lezer trouwens wel te verrassen, want een van de personages heeft zich in de plot anders voorgedaan dan hij in werkelijkheid is. Toch, maar achteraf is redeneren altijd gemakkelijk, zijn er een paar indicaties waaruit diens ware aard af te leiden is.

Hoewel De Da Vinci Code niet slecht geschreven is, is het wel een thriller met twee gezichten. Aan de ene kant is het toegankelijk en meeslepend, aan de andere kant afstandelijk en informatief. Het verhaal is over het algemeen interessant, maar qua spanning nogal tegenvallend. Al met al voldoet het niet aan de verwachtingen, waardoor het in feite een verdienstelijk, maar gemiddeld boek is.

Waardering: 3/5

Boekinformatie
Auteur: Dan Brown
Titel: De Da Vinci Code

ISBN: 9789051088472
Pagina’s: 432

Eerste uitgave: 2004

De verloren jongen – Chantal van Mierlo

Beschrijving
Na een traumatische ervaring werkt gedragsdeskundige Julia Menken uitsluitend aan cold cases. Maar wanneer het verminkte lichaam van een vijftienjarige jongen wordt gevonden in Arnhem, wordt ze door haar baas op de zaak gezet. Lukt het Julia om haar gevoelens uit te schakelen en de moordenaar te pakken voor er nog meer slachtoffers vallen?

Recensie
Op school was Chantal van Mierlo dol op het schrijven van opstellen, maar tijdens haar tienerjaren kwam dat op een laag pitje te staan. Uiteindelijk koos ze voor een economische opleiding en belandde ze in de marketing en PR. Tot ze besloot om te gaan doen wat ze écht leuk vindt: het schrijven van verhalen. Het eerste boek dat van haar verscheen, was het kinderboek De schat van La Buse (2013) en twee jaar later publiceerde ze haar debuutthriller De nummers. In 2021 werd De verloren jongen uitgebracht, dat gebaseerd is op de Storytel Original Julia Menken.

Twee jonge jongens vinden het zwaar verminkte lichaam van een veertienjarige jongen. Profiler Julia Menken, die zich bij de Landelijke Eenheid van de politie normaliter alleen met cold cases bezighoudt, wordt – tegen haar zin – door Officier van Justitie Maarten Brouwer ontboden om de politie van Arnhem te assisteren bij het oplossen van de moord. Vijf jaar eerder heeft ze samen met hem aan een zaak gewerkt die een dramatische afloop had en voor haar een traumatische ervaring was. Nu moet ze haar gevoelens uitschakelen om te voorkomen dat de moordenaar nog meer slachtoffers maakt.

Het verhaal begint waar twee jongens van een jaar of elf het lichaam van een paar jaar oudere jongen vinden. De beelden die zij zien, maar ook de houding die ze hebben – vooral wanneer ze de verminkingen zien en erachter komen dat het slachtoffer niet meer leeft – kun je je helemaal indenken. Tijdens de hele plot heb je sowieso niet veel verbeeldingskracht nodig om je te kunnen voorstellen wat de personages moeten ondergaan en hoe scènes, die soms bloederig en luguber zijn, eruitzien. De auteur heeft De verloren jongen zodanig geschreven dat het lijkt alsof je er zelf deel van uitmaakt.

Ondanks dat het een vrij lange tijd duurt voordat zich een eerste echt spannend moment voordoet, is de lezer vanaf het begin bij het verhaal betrokken. Dat komt omdat er toch aardig wat gebeurt, je wilt weten wat er precies met de tiener gebeurd is en vooral wie er verantwoordelijk voor is. De meeste hoofdstukken eindigen met cliffhangers en daardoor ben je eigenlijk continu nieuwgierig naar het verdere verloop van de plot. Verder zijn er verschillende onverwachte plotwendingen die zonder meer invloed hebben op het vervolg van het verhaal. Het is niet zo dat je volledig op het verkeerde been wordt gezet, maar een verrassingseffect hebben veel van die twists wel.

Veel hoofdstukken gaan alleen over de privéomstandigheden van Menken en op het moment dat je denkt dat het toch wat te veel van het goede is, wordt duidelijk dat Van Mierlo daar een bedoeling mee heeft. Als de ontknoping in zicht is, maar zeker ook in die eindfase zelf, zorgen de problemen die de profiler in haar persoonlijke sfeer heeft voor een aantal spannende situaties. Die spanning is er eveneens als het net zich rond de dader zich steeds meer sluit. De auteur heeft van meet af aan naar een meeslepende finale toegewerkt, waarvan het einde zowel triest als aangrijpend is.

Voor de oplettende lezer is de identiteit van de uiteindelijke moordenaar al ruim voor de ontknoping geen volkomen verrassing meer. Er zijn namelijk een paar dingen waaruit je kunt opmaken dat dit de enige persoon is dat het kán zijn. Tezamen met een paar andere kleine voorspelbaarheden heeft dit geen nadelige invloed op je beleving van het verhaal: die blijft onveranderd betrokken. Dat komt voor een groot deel door de korte hoofdstukken die voor een behoorlijk tempo zorgen, maar tevens door de fijne en toegankelijke schrijfstijl van de auteur, hoewel ook zij niet aan een paar kleine clichés heeft kunnen ontkomen. Desalniettemin is De verloren jongen, dat mede gebaseerd is op een onopgeloste moordzaak op een Duitse jongen, een sterk eerste deel van een trilogie.

Waardering: 4/5

Boekinformatie
Auteur: Chantal van Mierlo
Titel: De verloren jongen

ISBN: 9789461095961
Pagina’s: 372

Eerste uitgave: 2021

Voor onze zonden – Line Holm & Stine Bolther

Beschrijving
Op een koude ochtend in januari wordt de controversiële secretaris-generaal van het Rode Kruis gekruisigd aangetroffen voor het kantoor van de organisatie in het centrum van Kopenhagen. Voor rechercheurs Mikael Dirk and Frederik Dahlin is dit het begin van een ingewikkeld onderzoek, waarbij ze constant onder druk staan van de media, politiek en hogere regionen van de politie.

Elders in Kopenhagen is historica Maria Just bezig met de voorbereiding van een nieuwe tentoonstelling in het Politiemuseum wanneer ze een mogelijk verband ontdekt tussen de moord op de secretaris-generaal en een onopgeloste dubbele moord uit 1968.
Langzaam maar zeker ontdekt het trio dat de zaak duidelijke banden heeft met enkele van de machtigste mensen van het land, en met een zeer beschamend, duister hoofdstuk in de Deense geschiedenis.

Recensie
Line Holm heeft een bachelor in ideeëngeschiedenis en werkt sinds 2004 als onderzoeksjournalist bij het Deense dagblad Berlinske. Ze heeft twee journalistieke boeken geschreven. Na het gymnasium volgde Stine Bolther een journalistenopleiding en daarna werkte ze twintig jaar als rechtbank- en misdaadverslaggever, onder andere voor een aantal televisiezenders. Ze heeft inmiddels tien boeken geschreven, waaronder diverse biografieën. Een samenwerkingsverband tussen beide journalisten heeft ertoe geleid dat in 2022 hun gezamenlijke debuutthriller Voor onze zonden verscheen. Dit is het eerste deel van een serie met historicus Maria Just.

Het nieuwe jaar is nog geen week oud als het lichaam van de secretaris-generaal van het Rode Kruis wordt gevonden. Hij is vastgebonden aan de balustrade van het kantoor van de liefdadigheidsinstelling. De rechercheurs Mikael Dirk en Frederik Dahlin worden met het op het eerste oog lastige onderzoek belast. Maria Just werkt als historicus in het Politiemuseum en bereidt een tentoonstelling over onopgeloste misdaden voor. Daarbij stuit ze op een zaak uit 1968 en ontdekt ze een detail dat sterk overeenkomt met een bijzonder kenmerk uit de huidige moordzaak. Vervolgens werkt ze samen met de rechercheurs, waarna ze erachter komen dat enkele politieke kopstukken een link met de moord hebben.

Een waargebeurd feit dat zich in de jaren vijftig van de Deense geschiedenis voordeed, is voor Holm en Bolther de aanleiding geweest tot het schrijven van hun gezamenlijke debuutthriller, die overigens verder volledig fictief is. Het is tevens het eerste deel van een serie waarin historicus Maria Just en de rechercheurs Mikael Dirk en Frederik Dahlin hun opwachting maken. Over hen komt de lezer daarom het meest te weten. Het auteursduo besteedt relatief veel aandacht aan hun persoonlijke omstandigheden en je komt er al snel achter dat zowel Just als Dirk een verleden hebben dat ze nog niet hebben verwerkt. Voor alle drie geldt in ieder geval dat het interessante personages zijn, hoewel het karakter van Just en Dirk niet altijd even plezierig lijkt, maar dat kan natuurlijk een gevolg van hun problemen zijn. Aan de andere kant tekent dat hen wel, en wellicht daardoor zijn ze toch iets anders dan anderen.

De proloog, waar het boek mee begint, heeft een lichte spanning en zorgt voor een aantal vragen. Tijdens de rest van de plot wordt echter niet meer naar deze inleiding verwezen, hoewel een klein, maar niet onbelangrijk detail daaruit wel in deze plot blijft terugkeren. Voor onze zonden bestaat uit twee verhaallijnen en van meet af aan is duidelijk dat die onlosmakelijk met elkaar te maken hebben. De reden van de moord op de secretaris-generaal is lang onduidelijk en de auteurs laten de lezer aanvankelijk denken dat de afkomst van de man hieraan ten grondslag ligt. Gaandeweg het verhaal blijkt dat niet zo te zijn en komt de werkelijke aanleiding steeds meer naar boven drijven. Ook laten Holm en Bolther je lange tijd twijfelen over de dader, maar honderd pagina’s voor het einde weet je honderd procent zeker wie het geweest is en ben je in feite eveneens bekend met zijn motief.

Het verhaal, dat zich in een vrij traag tempo afspeelt, moet het niet hebben van een opeenvolging van spannende momenten. Die zijn er zo goed als niet. Gedurende de plot zijn er een paar situaties die meer spanning hebben, de ontknoping, waar tevens veel meer vaart in zit, heeft die door de actie in ieder geval. Dat de plot een lage snelheid heeft, komt hoofdzakelijk door de vaak bijzonder gedetailleerde beschrijvingen van personen en omstandigheden. De auteurs zijn daarmee te overijverig geweest, want ook zaken die feitelijk niet belangrijk zijn, worden regelmatig uitvoerig beschreven. Dat werkt vertragend en gaat zonder meer ten koste van de spanning.

Behalve de paar genoemde kanttekeningen is het verhaal licht voorspelbaar en heeft het enkele minimale clichés. Het thema is origineel en beide auteurs hebben dit in een fijn en goed leesbaar verhaal verwerkt. Voor onze zonden is al met al een mooi en veelbelovend debuut dat doet uitkijken naar meer over de historicus en de rechercheurs.

Waardering: 3/5

Boekinformatie
Auteur: Line Holm & Stine Bolther
Titel: Voor onze zonden

ISBN: 9789021436562
Pagina’s: 478

Eerste uitgave: 2022

Het zwarte boek van de uren – Eva García Sáenz de Urturi

Beschrijving
Vitoria, 2022. Voormalig inspecteur Unai López de Ayala – alias Kraken – krijgt een anoniem telefoontje dat alles zal veranderen aan wat hij denkt te weten over zijn familie. Hij heeft een week de tijd om het legendarische Zwarte boek van de uren te vinden, een exclusief bibliografisch juweel, en dan zal zijn moeder niet sterven. Zijn moeder, die al tientallen jaren op het kerkhof rust. Hoe is dit mogelijk?

Er volgt een race tegen de klok tussen Vitoria en Madrid om het belangrijkste criminele profiel van zijn leven te maken, een profiel dat het verleden voor altijd kan veranderen.

Wat als je moeder de grootste vervalser van oude boeken aller tijden was?

Recensie
In 2012 debuteerde Eva García Sáenz de Urturi met haar roman La vieja familia, een boek waar ze drie jaar aan gewerkt heeft en waarmee ze in Spanje meteen succesvol was. Haar grote doorbraak kwam echter met De stilte van de witte stad (2016), het eerste deel van een trilogie waarin de inspecteurs Unai López de Ayala en Estíbaliz Ruiz de Gauna de hoofdrol hebben. Als eerbetoon aan het boek en de wereld van de bibliofilie schreef ze Het zwarte boek van de uren, dat in 2022 is verschenen en waarin beide twee politiemensen opnieuw hun opwachting maken.

In het voorjaar van 2022 krijgt oud-inspecteur López de Ayala een telefoontje van een man die zich Caliban noemt. Hem wordt verteld dat zijn moeder, die bij zijn weten al tientallen jaren eerder overleden is, sterft als hij niet binnen een week het zogenaamde Zwarte Getijdenboek kan vinden. Ongeveer gelijktijdig wordt in Vitoria een boekhandelaar vermoord aangetroffen en niet veel later wordt ook in Madrid een antiquaar omgebracht. Samen met zijn voormalig collega Ruiz de Gauna gaat hij op zoek naar de moordenaar en probeert hij eveneens meer over de mysterieuze Caliban te weten te komen.

De opzet van dit boek wijkt niet af van de drie delen van de Witte Stad-trilogie. Unai López de Ayala richt zich in het eerste hoofdstuk rechtstreeks tot de lezer – daar blijft het overigens ook bij – en verder wordt het verhaal voornamelijk vanuit zijn perspectief verteld. Er zijn echter diverse hoofdstukken waarin teruggegaan wordt naar de jaren zeventig van de vorige eeuw. Tijdens deze flashbacks maakt de lezer kennis met het personage Ítaca Expósito en komt zodoende meer over haar te weten. Hoewel het niet specifiek vermeld wordt, is het meteen glashelder wat destijds haar relatie met López de Ayala was. Daar hoeft overigens ook geen geheim van te worden gemaakt omdat het in feite van belang is voor de gebeurtenissen die in het heden plaatsvinden.

De voormalig inspecteur, die tijdelijk aan het onderzoek naar de moord in Vitoria is toegevoegd, krijgt te maken met een aantal ontwikkelingen, maar heel erg verheffend zijn ze echter niet. Het verhaal kabbelt in een bedaard tempo voort en pas ver in de plot ontstaat er een situatie die iets enerverender is. De eindfase zorgt echter voor de meeste spanning, er gebeurt meer dan daarvoor en de  lezer is getuige van een aantal onverwachte situaties. Voor het zover is, krijgt hij te maken met een speurtocht naar het Zwarte Getijdenboek en daaraan gerelateerd het oplossen van de moord op twee bibliofielen. Hierdoor krijgt je een globaal inzicht de bijzondere, maar ook afgunstige wereld van het verzamelen (of vergaren) van oude boeken. Aan de ene kant is dit interessant, aan de andere kant ongelooflijk saai en daardoor heeft het boek ook diverse minder boeiende fragmenten.

De schrijfstijl van García Sáenz de Urturi is zoals van haar verwacht mag worden: verzorgd, duidelijk en prettig. Het enige dat erop aangemerkt kan worden, is dat het deze keer een stuk minder beeldend is dan bij het drieluik. Het verhaal leeft daardoor veel minder. Wellicht dat dit mede veroorzaakt wordt doordat de personages, Ítaca Expósito uitgezonderd, in dit boek vrij oppervlakkig blijven. Blijkbaar gaat de auteur ervan uit dat de lezers van dit boek de trilogie ook gelezen hebben en de terugkerende karakters daarom goed kennen. Jammer is dat veel van hen deze keer geen of een heel beperkte rol hebben gekregen. Hen in dit verhaal betrekken, zou het boek zeker krachtiger hebben gemaakt.

Het zwarte boek van de uren heeft een bescheiden aantal thrillerkenmerken – vaak heeft het zelfs meer weg van een roman – en ondanks dat het over het geheel genomen niet vervelend is om te lezen, heeft het niet de kwaliteit die de trilogie wel heeft. De rol van Unai López de Ayala lijkt dan ook definitief beëindigd te zijn.

Waardering: 3/5

Boekinformatie
Auteur: Eva García Sáenz de Urturi
Titel: Het zwarte boek van de uren

ISBN: 9789400515277
Pagina’s: 318

Eerste uitgave: 2022

Duet – Ilse Josepha Lazaroms

Beschrijving
Hij is een onstuimige violist uit Boston, zij is een Nederlandse onderzoeker aan het Centrum voor Joodse Geschiedenis in Manhattan. Samen beginnen ze aan een nieuw avontuur. Ilse vaart met haar partner in een oude woonboot met de naam Duet op de Hudson, met als eindbestemming de haven van New York. En ze is zwanger van hun kind. Ze zou op een roze wolk moeten zitten, maar overgeleverd aan de wetten van het water en de realiteit van de gammele woonboot met haar bevroren leidingen, blijkt de werkelijkheid grimmiger. Ilses partner raakt steeds meer geobsedeerd door extreemrechtse samenzweringstheorieën die rondgaan op het internet en in de media. Met het groeien van haar buik groeit bij hem ook zijn angst voor een duistere wereldheerschappij, en ontstaat er in die kleine boot een onoverbrugbare kloof.

Recensie
Voordat Ilse Josepha Lazaroms zich in Amsterdam vestigde, heeft ze een min of meer zwervend bestaan geleid. Eerst als student en later als onderzoeker en wetenschapper woonde ze in diverse landen, waaronder de Verenigde Staten. Vanwege haar professie, ze is wetenschapper, heeft ze veel academische teksten geschreven, waarvan verschillende zijn gepubliceerd. In de winter van 2017 begon ze aan haar debuutroman Duet, dat uiteindelijk in augustus 2021 is verschenen en is gebaseerd op haar eigen ervaringen toen ze op een woonboot in New York woonde.

In de wachtruimte van een pontje in Boston ontmoet Ilse een man van ongeveer haar leeftijd. Ze krijgen een relatie en Ilse raakt zwanger. Omdat ze een jaarcontract bij het Center for Jewish History in New York heeft, varen daar met hun woonboot Duet naartoe. Haar partner A is violist en zegt overal werk te kunnen vinden. Hun leven op de boot gaat niet van een leien dakje, want hun drijvende verblijf vertoont allerlei mankementen en A krijgt na verloop van tijd extreme denkbeelden. Dit gaat ten koste van hun onderlinge verstandhouding.

Het verhaal wordt volledig verteld vanuit het perspectief van een aanvankelijk onbekend personage, maar na een paar hoofdstukken wordt de naam Ilse genoemd en weet je, ondanks dat je al een vermoeden hebt, meteen dat de roman gebaseerd is op de ervaringen van de auteur zelf. Naarmate de plot vordert, begin je je overigens wel af te vragen of dit boek wel een roman is en niet stiekem een levensverhaal. Dat is het in feite ook, want alles wat gebeurt, is werkelijk gebeurd. Het enige dat anders is, is dat de schrijfwijze volledig afwijkt van die in een autobiografie. Op basis daarvan kan op zich wel gezegd worden dat Duet een roman is.

Toch is de schrijfstijl van Lazaroms wat lastig te definiëren. Een groot gedeelte namelijk beeldend en dan kan de lezer precies voor zich zien wat er gebeurt. Er zijn echter ook hoofdstukken die meer afstandelijk zijn. Dat uit zich onder andere in enkele korte fragmenten waarin de auteur een (etymologische) uitleg geeft over een woord. Het nut hiervan is niet duidelijk en daarom had de verklaring van zo’n woord met het grootste gemak achterwege kunnen blijven. Het meest aansprekend zijn de hoofdstukken die verhalen over Ilses relatie met A en de mooie en minder mooie dingen die ze met hem meemaakt. Er zijn tevens hoofdstukken of fragmenten die over haar twijfels gaan en over het algemeen zijn deze wat oninteressanter, ondanks dat ze natuurlijk wel in haar verhaal passen.

Wat in de roman, misschien is autofictie een betere benaming, mooi is, zijn de vele metaforen die de auteur hanteert. Een van de voorbeelden hiervan is ‘Haar gekrulde wervelkolom is een prachtige muzieksleutel. Samengevlochten beentjes op een stille klank.’. Dit is hoe Ilse haar zeepaardje, zoals haar nog ongeboren dochter consequent noemt, op de echo ziet. Wat bij dergelijke beeldspraken opvalt, is dat ze alle betrekking hebben op het water (of het leven erin) en de muziek. Niet vreemd, als je bedenkt dat ze op een woonboot leven en A viool speelt. En wat laatstgenoemde betreft, over hem wordt in feite relatief weinig bekendgemaakt. Terwijl juist zijn extremer wordende denkbeelden en zijn groeiende neiging tot complotdenkerij zich er prima voor lenen om meer uitgelicht te worden. Het ligt immers aan de basis van de vertroebelde relatie.

Over het geheel genomen is Duet een roman met twee gezichten. Aan de ene kant is het boeiend, maar aan de andere kant een beetje saai. Lazaroms toont echter wel aan dat ze het in zich heeft om een roman te schrijven die de lezer bezighoudt. Na dit niet onaardige debuut kan ze alleen nog maar groeien.

Waardering: 3/5

Boekinformatie
Auteur: Ilse Josepha Lazaroms
Titel: Duet

ISBN: 9789059369665
Pagina’s: 160

Eerste uitgave: 2021

Kroesvee – John Meilink

Beschrijving
De West-Indische Compagnie heerst over de Afrikaanse Goudkust. Aan de andere kant van de Atlantische Oceaan schreeuwen de plantages om goedkope arbeidskrachten, maar het aanbod is schaars. Afrikaanse koninkrijken en Europese compagnieën handelen volgens oude verdragen, die zorgvuldig worden nagekomen. Als in november 1687 een dorpje in het Denkyira-rijk door illegale slavenhalers wordt leeggeplukt, zijn daarom de rapen gaar. Hollanders, Zeeuwen, Brandenburgers en andere Europeanen vechten om de buit, terwijl lokale stammen proberen wapens te bemachtigen om zo hun invloed uit te breiden.
Het resultaat: een moeras van intriges, corruptie en geweld. In die agressieve wereld leeft blank en zwart wantrouwend naast elkaar,verbonden door hebzucht en geteisterd door hitte, ziekte en armoede. Aldemar Burghoutsz, schipper van de Griffioen, probeert zijn ruimen vol te krijgen. Slaven brengen geld op. Zij zijn vee. Kroesvee.

Recensie
De naar het lijkt eeuwige Zwarte Pieten-discussie was voor John Meilink, in het dagelijkse leven werkzaam in de ICT, de drijfveer om over het slavernijverleden te gaan schrijven. In 2013 begon hij aan zijn debuutroman Kroesvee, dat in 2019 is uitgebracht en het eerste deel is van het vierluik Zonen van Jafhet, waarin de slavernijgeschiedenis van Nederland wordt uitgelicht, met name die van de zeventiende eeuw.

Het is eind 1687 als een dorpje in het binnenland van het koninkrijk Denkyira wordt overvallen door een groep slavenhandelaars. Op een vrouw en baby na – zij weten te vluchten – worden alle bewoners gevangengenomen. met als enige doel hen te verkopen. Daarvoor zijn verschillende gegadigden, zoals de Hollanders, Zeeuwen, maar ook andere Europeanen. Ondanks een bestand bevechten ze elkaar. Aan de andere kant doen enkele inheemse stammen er alles aan om wapens te bemachtigen. Dit heeft niet alleen tot gevolg dat niemand elkaar nog vertrouwt, maar ook dat het geweld toeneemt.

Het Nederlandse slavernijverleden houdt de gemoederen de laatste jaren flink bezig. Niet geheel ten onrechte, want van medio de zeventiende tot begin negentiende eeuw tierde deze mensenhandel welig. Veel auteurs hebben zich door het thema slavernij laten inspireren en in de meeste gevallen is dit gedaan vanuit het perspectief van de slaven, de onderdrukten. Meilink heeft voor een andere invalshoek gekozen en belicht het onderwerp – dat er hoe dan ook niet minder afschuwelijk door wordt – door de ogen van de handelaar. Deze insteek is origineel, vooral omdat de lezer hierdoor een realistisch overkomend beeld krijgt van de barbaarse praktijken van op geld beluste zee- en kooplieden. Desondanks komt het leed waaraan de slaven blootgesteld worden wel degelijk over, de auteur legt hier echter niet de nadruk op.

Kroesvee is volledig fictief, maar wel gebaseerd op waargebeurde en historische feiten. Een aantal in de roman genoemde personages heeft werkelijk bestaan en dat geldt eveneens voor het Afrikaanse gebied waar het verhaal zich voor een groot deel afspeelt. De gebeurtenissen in het boek verlopen overwegend chronologisch, maar er zijn enkele hoofdstukken die teruggaan naar een niet al te lang geleden verleden. Door deze flashbacks komt de lezer niet alleen te weten hoe een paar van de belangrijkste karakters in de zeevaart zijn beland, maar ook waarom ze in de slavenhandel terecht zijn gekomen. Verder wordt ieder hoofdstuk voorafgegaan door korte correspondentiefragmenten of verzen uit de Bijbel of de Koran. Het meest opvallende daarbij is dat in diverse Bijbelboeken al over slavernij wordt gesproken en dat het daarin zelfs goedgekeurd lijkt te worden.

De schrijfstijl van de auteur is over het algemeen toegankelijk en het taalgebruik is voor een groot deel afgestemd op de periode waarin alles plaatsvindt. Hierbij gebruikt Meilink terminologie die destijds gebruikelijk was en daarom is achter in het boek een uitgebreide en verklarende woordenlijst opgenomen. Toch wordt van veel woorden eveneens uitleg gegeven in het verhaal zelf of onderaan een pagina. Deze toelichtingen zijn zonder meer verhelderend, maar de lezer vraagt zich wel af waarom voor beide opties gekozen is. Dit komt enigszins inconsequent over. Natuurlijk is dit boek in de eerste plaats een roman, waarin een paar mooie vergelijkingen als ‘De hemel is schoon gewassen’ gehanteerd worden, maar desondanks bevat het ook verschillende spannende momenten.

Een jaar na verschijnen is Kroesvee opgenomen in de literatuurlijst van de nieuwe Canon van Nederland (venster VOC en WIC) en vanwege de geschiedkundige aard van de roman is dit niet onlogisch. Meilinks debuut, waarin diverse hoofdstukken voorzien zijn van toepasselijke illustraties, boeit en intrigeert van begin tot eind en geeft namelijk op een heldere manier, en zoals gezegd vanuit een ander perspectief, weer hoe een van de zwartste bladzijden uit de Nederlandse geschiedenis eruitziet.

(Met dank aan de auteur en LM Publishers voor het beschikbaar stellen van een recensie-exemplaar.)

Waardering: 4/5

Boekinformatie
Auteur: John Meilink
Titel: Kroesvee

ISBN: 9789460229954
Pagina’s: 432

Eerste uitgave: 2019

Honolulu King – Anne-Gine Goemans

Flaptekst
Innemend en gemoedelijk, zo staat de tachtigjarige Hardy – eigenaar van een Indische toko – bekend. Hij luistert naar de levensverhalen van zijn Indische klanten en draait met zijn oude vrienden hawaïmuziek. Ooit vormde Hardy met hen de legendarische Honolulu Kings, en hij verlangt ernaar nog één keer met zijn band te schitteren. Met de komst van een sushirestaurant tegenover zijn toko worden oude wonden opengereten. Binnen de vrijmetselarij besluit Hardy zijn verzwegen verleden te openbaren. Deze biecht stelt zijn broeders voor een groot dilemma. Mogen de vrijmetselaars met hun geheimhoudingsplicht een misdaad verzwijgen?

Recensie
Het idee voor Honolulu King, de derde roman van Anne-Gine Goemans, ontstond halverwege de jaren ’90 van de vorige eeuw. Een vriend van de familie, tevens lid van de vrijmetselaars, vertelde dat een Indische broeder binnen de loge in zijn bouwstuk een geheim onthulde waar hij al mee rondliep sinds hij een jonge man was. Het heeft echter nog twintig jaar geduurd voordat ze met het uitwerken van dit verhaal begon. Uiteindelijk is het boek in 2015 uitgebracht en inmiddels zijn er meer dan 60.000 exemplaren van verkocht.

Hardy is tachtig jaar oud, voormalig lid van het bandje Honolulu Kings, eigenaar van een Indische toko en sinds kort vrijmetselaar. Hij staat bekend als een rustige en sympathieke man die een grote voorliefde heeft voor Hawaïaanse muziek. Op een dag wordt tegenover zijn zaak een sushirestaurant geopend, waardoor Hardy’s traumatische oorlogsverleden naar boven komt. Als hij tijdens zijn bouwstuk in de loge een openbaring doet, schokt dat zijn medebroeders. Vervolgens staan zij voor een grote tweestrijd. Want kunnen ze zich, na wat Hardy hen heeft opgebiecht, nog wel aan hun geheimhoudingsplicht houden?

In Honolulu King, waarvan de titel op de muziekcarrière van de tachtigjarige Hardy slaat, draait het feitelijk om twee personages: de een is uiteraard Hardy zelf, de ander zijn twintigjarige kleindochter Synne. De lezer leert beiden vrij goed kennen en merkt daardoor dat ze allebei hun zorgen hebben, waarbij in geval van Hardy zijn oorlogstrauma ook nog eens heel sterk naar boven komt drijven. Zijn gevoelens, maar dat geldt eveneens voor zijn antipathie jegens de Japanners, wordt door Goemans bijzonder goed naar voren gebracht. Het is overduidelijk dat de wrede en mensonterende handelingen die tijdens een oorlog plaatsgevonden hebben en in huidige oorlogen nog steeds plaatsvinden een enorm grote impact op de mens kunnen hebben.

Het thema van het verhaal is natuurlijk beladen – er zijn diverse aangrijpende en verschrikkelijke scènes – maar de auteur beschrijft ze op een dusdanig toegankelijke wijze dat de roman niet heel erg zwaar is. Verder zijn er voldoende situaties die relatief luchtig zijn en de lezer zo nu en dan een glimlach bezorgen. Bij een aantal daarvan zijn George en Cok, de twee vrienden van Hardy, betrokken. Beide mannen kunnen Hardy nog enigszins in toom houden en zijn dag in dag uit zijn steun en toeverlaat. Interessante en markante personages, iets dat overigens ook opgaat voor de meeste andere karakters in de roman. Ieder van hen heeft zijn of haar eigen eigenaardigheden, problemen, en dergelijke.

Door de beeldende, inlevende en meevoelende schrijfstijl van Goemans is de lezer vanaf de allereerste bladzijde bij het verhaal en de personages betrokken. Je kunt je met zo goed als ieder van hen identificeren. Dat geldt dus ook voor de oude Japanse mevrouw Mikami, wier kleinzoons het sushirestaurant beheren. Zij komt in een van de laatste hoofdstukken in beeld om Hardy haar oorlogsverhaal te vertellen. Dit is even aangrijpend als de gebeurtenissen die in voormalig Nederlands-Indië hebben plaatsgevonden. De auteur heeft haar relaas in het boek opgenomen als tegenhanger van alle andere verhalen, om aan te tonen dat ook de onschuldige Japanse bevolking heeft moeten lijden onder de gevolgen van de Tweede Wereldoorlog.

Honolulu King vormt hiermee een mooi en afgerond geheel, maar laat de lezer wel met een aantal kleine vragen achter. Want voor zijn gevoel is het verhaal niet helemaal af. Het eindigt namelijk enigszins abrupt en ietwat onbevredigend, vooral omdat de auteur in het ongewisse laat hoe het een aantal personages verder is vergaan. Desondanks maakt de roman indruk en toont het aan dat de gevolgen van een oorlog nog vele tientallen jaren later zijn uitwerking kunnen hebben.

Waardering: 4/5

Boekinformatie
Auteur: Anne-Gine Goemans
Titel: Honolulu King

ISBN: 9789041425225
Pagina’s: 348

Eerste uitgave: 2015